Milieuwetgeving moet leiden tot beter beheer Surinaamse bossen
Om op een moderne manier het bos van Suriname te beheren is milieuwetgeving nodig. Door de wetten zullen niet alleen lokale gemeenschappen worden betrokken, maar zal het land ook beter in staat zijn om financiële voordelen uit het bos te halen. Dit zegt de vicevoorzitter van De Nationale Assemblée (DNA), Melvin Bouva MPA LLB. De vicevoorzitter heeft van 20 tot en met 23 april 2018 een parlementaire missie geleid naar het Centraal Suriname Natuur Reservaat. De delegatie heeft verder bestaan uit de leden: Asiskumar Gajadien, Silvana Afonsoewa, Carl Breeveld, Ingrid Karta – Bink, Rudolf Zeeman, Roché Hopkinson, Grace Watamaleo en Dinotha Vorswijk.
De missie naar dit gebied is als voorbereiding op milieuwetgeving. De huidige milieuwet heeft beperkingen, waardoor het moeilijk is om gebieden voor economische- en andere doeleinden te ontwikkelen. De nieuwe wet moet de beperkingen opheffen, waardoor Suriname veel meer uit zijn bos kan halen.
Tijdens de fieldtrip heeft de heer Russel Mittermeier van Conservation International gewezen op het belang van ons bos en dat er snel actie moet worden ondernomen om te komen tot goede wetgeving.
Aan het traject voor aanpassing van de milieuwetgeving wordt naast Conservation International onder andere samengewerkt met het ministerie van Ruimtelijke Ordening, Grond- en Bosbeheer (RGB), de Anton de Kom universiteit van Suriname (AdeKUS) en de Vereniging van Economisten in Suriname (VES).
Het bezoek aan het CNSR is in navolging van een studiereis naar Costa Rica eerder dit jaar, waar onder andere kennis is opgedaan van het succesverhaal van dat land als het gaat om het in stand houden van bossen. Het Centraal Suriname Natuurreservaat is het grootste natuurreservaat van Suriname waar onder andere de Raleighvallen, gelegen is. Bovendiendien is het één van de grootste beschermde tropische regenwouden ter wereld.
