Intrekking wijziging Amnestiewet behandeld en goedgekeurd in DNA
Met 32 stemmen voor en 12 tegen is de ontwerpwet houdende intrekking van de wet van 5 april 2012, inzake wijziging van de Amnestiewet 1989, behandeld en goedgekeurd. In een Openbare Vergadering heeft het parlement zich op vrijdag 27 augustus 2021, gebogen over het initiatiefvoorstel dat op 12 augustus 2021 is ingediend door de leden Ivanildo Plein en drs. Asiskumar Gajadien. De initiatiefnemers zijn hiertoe overgegaan nadat het Constitutioneel Hof heeft besloten dat de wijziging van 2012 in strijd is met de grondwet en internationale verdragen.
Na de aanname van de wet heeft parlementsvoorzitter Marinus Bee MSc. LL.B, het parlement bedankt voor hun constructieve bijdrage aan de beraadslagingen. De voorzitter voerde verder aan dat de wet in een heel goede sfeer is behandeld en feliciteerde een ieder die een bijdrage heeft geleverd.
De Commissie van Rapporteurs heeft bestaan uit de leden: Mahinder Jogi (voorzitter), Ebu Jones LL.B, Josafat Kanape, Tashana Lösche, drs. Patricia Etnel MPA, Jennifer Vreedzaam en Cedric van Samson.
Achtergrond
In de Surinaamse samenleving bestaan, sedert de aanname van de wijziging van de Amnestiewet 1989 in 2012 diverse uiteenlopende meningen, met name op basis van het staatsrechtelijke, strafrechtelijke, als ook de strafvorderlijke en maatschappelijke gevolgen van deze wet. Niettegenstaande het recht van De Nationale Assemblee (DNA) inzake het verlenen van amnestie ingevolge artikel 72 van de Grondwet van de Republiek Suriname, gaf de aanwending van dat recht aanleiding voor essentiële vraag of het moment van aanname al dan niet in strijd was met artikel 131 lid 3 van de Grondwet, welke bepaalt dat elke inmenging inzake de opsporing en de vervolging en in zaken bij de rechter aanhangig verboden is.
Bij de uitspraak van de Krijgsraad op 11 mei 2012 is de prejudiciële vraag geformuleerd in hoeverre met de wijziging van de Amnestiewet inbreuk is gemaakt op het bepaalde in artikel 131 lid 3 van de Grondwet van de Republiek Suriname en dus sprake is van inmenging in een zaak bij rechter aanhangig. Op basis hiervan diende de Amnestiewet getoetst te worden aan de Grondwet van de Republiek Suriname en of enige volkenrechtelijke overeenkomsten.